Image

Paddenstoelen

Jagen op… paddenstoelen tijdens de Week van het Bos

Tijdens de Week van het Bos zet Glen Dierickx, mycoloog of zwammenonderzoeker aan de UGent (Universiteit Gent) en het INBO (Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek), elke dag van de week een andere paddenstoel centraal. Hij kiest daarbij voor soorten die je vaak tot heel vaak kunt tegenkomen tijdens een (bos)wandeling. 

Dag 1: Op zoek naar een algemene soort. 
Geschubde inktzwam - Coprinus comatus

Wedden dat je deze zwam al een keertje gezien hebt? In de Verenigde Staten krijgt deze soort de naam Lawyer’s Wig mee. Zijn geschubde uiterlijk doet inderdaad wat denken aan de pruiken die vroeger in de rechtbank gedragen werden. Deze zwam behoort tot de groep van de inktzwammen. Alle zwammen in deze groep doen aan zelfvertering: na het openen van de hoed vervloeien ze tot een zwarte brij, waarna alleen de holle steel overblijft. En zoals de naam aangeeft, kan je deze zwarte brij als inkt gebruiken. Misschien vind je in de buurt wel ergens een veer om te proberen?

Deze soort doet het goed op verstoorde gronden, dus langs wandelpaden en wegranden en in tuinen. Daar breekt ze organisch materiaal af. Geschubde inktzwam is in principe goed eetbaar in jonge (eivormige) en witte toestand, maar heeft geen uitgesproken lekkere smaak. De soort wordt eerder gezien als een tweederangskeuze, wanneer er geen smaakbommen -zoals eekhoorntjesbrood of cantharellen– te vinden zijn. Misschien dan toch maar beter gebruiken om mee te schrijven, eerder dan als maaltijd?

Dag 2: Speuren op dood hout
Platte tonderzwam - Ganoderma applanatum

De platte tonderzwam ziet eruit als – wat had je gedacht – een plattere vorm van de echte tonderzwam. Vaak vinden we platte tonderzwammen aan de basis van nog staande, verzwakte of dode loofbomen. Rond de zwam vinden we vaak een bruine, poederige substantie die alles binnen een halve meter bedekt. Dat zijn de sporen die de zwam kwistig in het rond strooit. Tonderzwammen zijn namelijk echte kampioenen in het lossen van sporen. Zo berekenden onderzoekers ooit dat deze zwammen vele honderd miljoenen sporen kunnen vrijlaten per uur tijdens hun ‘sporenpiekperiode’!

Image
Image

Dag 3: Op zoek naar een buikzwam
Gele aardappelbovist - Scleroderma citrinum

Deze zwam mag dan wel een lekker klinkende naam hebben, we raden je toch af om er frietjes van te snijden. Dat zou namelijk resulteren in stevige buikkrampen. Deze paddenstoel werkt samen met beuken, eiken en berken. Daarbij gebeurt een en ander stiekem, want de samenwerking – die bestaat uit een uitwisseling van stoffen - gebeurt onder de grond. De kans dat je een gele aardappelbovist vindt, is aardig groot: deze zwam kan goed om met droogte en voedselrijke omstandigheden, is bestand tegen hoge stikstofdeposities en smeedt allianties met heel veel gastheerbomen.

Dag 4: Wie het kleine niet eert, …
Wimperzwammetjes – Scutellinia spp.

Technisch gezien is dit een hele verzameling van soorten die zonder microscoop moeilijk tot onmogelijk uit elkaar te houden zijn. Bij ons zijn een 15-tal soorten wimperzwammetjes gekend. Deze zwammetjes zien eruit als kleine ronde schijfjes met zwarte haartjes aan de randen. Wanneer je ze vindt, lijkt het daardoor net alsof je een (groep) rode ogen met wimpertjes ziet. Afhankelijk van de soort, kun je ze vinden op de naakte boden of op dood (vaak vermolmd) hout. 

Image
Image

Dag 5: Speuren met je neus
Elfenschermpje - Mycena pura

Deze stevige zwam is te herkennen aan de roze tot vaal paarsblauwe kleur van de hoed en steel, in combinatie met de witte plaatjes. De kleur kan erg variëren, maar de geur is daarentegen altijd een goede aanwijzing. Zet je neus waar de steel aan de plaatjes komt en test of je radijsjes kan ruiken. Is dat het geval, dan heb je een elfenschermpje gevonden. Een aantal andere soorten zwammen zouden verward kunnen worden met het elfenschermpje maar de geur verraadt hen: zo ruikt het Donker elfenschermpje bijvoorbeeld naar een sigarendoos. Je vindt het elfenschermpje op strooisel in heel veel bossen. Maar laat je niet misleiden door de lieflijke naam: voor mensen is de soort giftig.

Dag 6: Prikken maar!
Grote bloedsteelmycena - Mycena haematopus

Een beperkt aantal zwammen scheidt bij beschadiging een vloeistof uit. De bekendste zijn ongetwijfeld de melkzwammen, maar ook de grote bloedsteelmycena geeft melk af bij beschadiging. In dit geval gaat het zelfs om donkerrode, wijnkleurige melk. Grote bloedsteelmycena’s zijn te vinden in kleine groepjes. Je herkent de zwammen aan hun vaak donkere stelen en vleeskleurige hoeden die bedekt zijn met wat wittige vezels. Ze zijn prachtig om te zien! Ga maar zoeken op dood loofhout als je ook hun kleurenpracht wil ervaren.

Image
Image

Dag 7: Op zoek naar een ‘aangebrande’ zwam
Roestbruine kogelzwam - Hypoxylon fragiforme

Sommige paddenstoelen zijn pikzwart, en het lijkt wel alsof ze veel te lang in de oven gezeten hebben. Vroeger kreeg deze groep daarom de naam Pyrenomyceten – wat verbrande zwammen betekent. De roestbruine kogelzwam is ook zo een ‘verbrande’ soort. Je moet er wel even iets langer naar speuren. Kijk vooral goed uit naar recent gevallen beukentakken. Als je de takken aandachtig bestudeert, zie je op de schors vast en zeker roestbruine tot zwarte, ronde kogels. Gevonden! De zwam was namelijk stiekem al aanwezig in de nog levende beukentakken, maar wachtte geduldig af tot de tak stierf.  Doordat deze paddenstoelensoort vaak als een van de eerste soorten aanwezig is op dode takken, kan hij snel zorgen voor voortplanting. En haast is geboden, want kort daarna wordt de roestbruine kogelzwam weggeconcurreerd door andere liefhebbers van dode beukentakken.

Meer weten?
Kreeg je na deze zeven soorten nog niet genoeg van paddenstoelen? Lees dan ook de blog die we maakten voor de Week van het Bos 2023.

Wil je zelf paddenstoelen determineren, bijvoorbeeld met de hulp van ObsIdentify? Maak dan goede foto’s van zowel de boven- als onderkant en kijk goed naar het substraat en de bomen dichtbij. Al die zaken helpen bij de identificatie van de paddenstoel in kwestie.

Image