Filmpje pissebedden
In dit filmpje gaat pissebeddenexpert Pallieter De Smedt op zoek naar enkele van de 13 soorten die in onze Vlaamse bossen voorkomen, waaronder de zeldzame bosoproller! Het zorgde alvast voor unieke beelden.
Pissebedden zijn ongelooflijk belangrijke dieren. Het zijn afvaleters en samen met regenwormen, miljoenpoten, vliegenlarven en slakken zorgen ze ervoor dat grote stukken organisch materiaal zoals bladeren, vruchten en takjes in kleinere stukjes gebroken worden. Die stukjes worden op hun beurt weer door kleinere bodemdieren afgebroken tot nog kleinere delen. Uiteindelijk worden het voedingsstoffen die planten opnieuw kunnen opnemen en zo bomen sneller laten groeien. Deze bodemdiertjes vervullen dus een cruciale stap in de voedselkringloop. ‘Zonder hen zouden we in het bos verdrinken in een zee van blaadjes’.
Pallieter De Smedt is verbonden aan de Universiteit Gent (Fornalab) en tevens voorzitter van de pissebeddenwerkgroep “Spinicornis”. Deze werkgroep gaat op zoek naar pissebedden in heel België. In 2020 hebben ze een ecologische atlas gepubliceerd en veel info is te vinden via www.spinicornis.be
Op de landpissebeddenpagina op waarnemingen.be, kan je up-to-date alle pissebeddenwaarnemingen volgen in heel België.
Pissebedden zijn de enige kreeftachtigen die succesvol het land hebben weten koloniseren. Daarvoor hebben ze enorm veel aanpassingen ondergaan. Ze zijn bijvoorbeeld dorsaal afgeplat (van boven naar onder) in plaats van lateraal (zijdelings) zoals kreeften en garnalen. Ze hebben looppoten ontwikkeld in plaats van zwempoten en hebben een waterafstotend lichaam. Ze hebben inwendige bevruchting en een broedbuidel zodat ze kunnen omgaan met de droge omstandigheden op het land. In België zijn maar liefst 38 soorten pissebedden en die zijn niet allemaal grijs zoals de meeste mensen denken. Sommige hebben kleurrijke gele en rode vlekken er is zelfs een fluo-roze soort; het Juweeltje.
Pissebedden behoren binnen de kreefachtigen tot de orde van de Isopoda. Binnen de Isopoda zijn er ongeveer 9000 soorten waarvan ongeveer de helft op het land leeft en de helft in de zee. Isopoda betekent zoveel als “gelijkpotigen” omdat ze in tegenstelling tot veel andere kreeftachtigen zeven paar poten hebben die er allemaal ongeveer hetzelfde uit zien. Ideaal om te wandelen op het land.
De broedbuidel is heel bijzonder. Na de bevruchting vervelt het vrouwtje nog een keer en ontwikkelt ze een gesloten buidel (soort zakje) tussen haar poten. Hierin legt ze de eitjes. De eitjes draagt ze dan de hele tijd mee en de jongen (net geboren pissebedden noemen we manca) komen in deze buidel uit het eitje. Daarna draagt de moeder ze nog even mee tot ze te groot worden en uit de buidel barsten. Pissebeddenmoeders zijn dus heel goede moeders t.o.v. bijvoorbeeld de meeste insecten die hun eitjes en jongen als snel aan hun lot overlaten.
Pissebedden zijn dus schaaldieren en om te groeien werpen ze hun oude huid af. Bij pissebedden gebeurt dit steeds in twee stappen. Eerst de achterkant en een paar dagen later de voorkant. Zo vind je telkens maar een half vervellinghuidje, maar meestal eet de pissebed het oude huidje weer op omdat het veel calcium bevat voor hun nieuwe pantser. Doordat ze in twee stappen vervellen kan je ook soms een pissebed in twee kleuren vinden omdat de voor- of achterkant nog niet helemaal uitgehard is en nog een lichtere kleur heeft.